Een koning die zijn rotvolkje achter zich laat om als rode kater zijn hart te verpanden aan een acht-minus-éénbenig jongetje dat in het Stedelijk wordt tentoongesteld. Arnon Grunberg leeft zich uit in de door Thé Tjong Khing geïllustreerde, vlijmscherpe satire Zevenpoot.

Levende kunst, verklaart de directeur van het Stedelijk Museum, heeft de toekomst. “We zijn dode kunst van dode mannen heus niet vergeten, maar daar is de kelder voor.” Of, zoals zijn hoofd marketing eerder al stelt: het patriarchaat heeft een flinke tik op de kont verdiend.

Nee, dit stuk gaat niet over de performancekunst van Marina Abramović die herleeft op het Museumplein. En ook niet over het diversiteits- en inclusiviteitsbeleid van de museumdirectie waarover de documentaire White Balls on Walls werd gemaakt.

Maar alle hedendaagse thema’s, laten we het verschuivende paradigma’s noemen, zijn voer voor schrijver Arnon Grunberg. In zijn vermakelijke en vlijmscherpe satire Zevenpoot leeft hij zich uit op onder meer de kunstwereld, het koningshuis, grensoverschrijdend gedrag en het asielbeleid.

Lees verder op Parool.nl